In zijn werk als adviseur is Gerbert Hengelaar intensief bij de energietransitie betrokken. De gemeente Utrecht verraste hem en zijn buurtgenoten in Overvecht-Noord desondanks met een plan voor aardgasvrij wonen. Dit inspireerde Hengelaar om zelf een buurtinitiatief op te richten. 'We zijn nu een volwaardige gesprekspartner van de gemeente en Eneco', vertelt hij.
Het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving (OFL) onderzoekt sinds 2019 samen met een breed speelveld het vraagstuk omtrent participatie in het aardgasvrij maken van wijken. De afgelopen jaren zijn we veel moedige praktijken tegen gekomen. Een moedige praktijk is een praktijk die werkt aan het aardgasvrij maken van wijken of eraan raakt. Het zijn participatiepraktijken die daadwerkelijk hebben plaatsgevonden en het net even anders doen.
Terwijl Hengelaar bij de gemeente Den Haag als extern adviseur werkte aan de transitievisie warmte van die stad, viel bij hem thuis in Utrecht een brief van de gemeente op de mat. Zijn wijk Overvecht-Noord bleek proeftuin geworden in het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW). 'Ik was verrast dat ik daar als bovengemiddeld betrokken burger niets van wist', vertelt hij. 'De plannen maakten veel los in de buurt. Er waren ook aardig wat negatieve reacties. Ik wilde daar met de buurt een positieve draai aan geven, bedacht ik al snel.'
Buurtinitiatief gestart
Nieuwe Energie Vechtzoom, het buurtinitiatief dat Hengelaar samen met drie anderen startte, vertegenwoordigt zo'n 120 particuliere woningeigenaren. Dit relatief bescheiden aantal maakte dat de gemeente hen niet onmiddellijk als een belangrijke gesprekspartner zag. Dat is inmiddels veranderd, ook al doordat Hengelaars voorbeeld navolging heeft gekregen in andere buurten in Overvecht-Noord. Zo'n 700 van de 1.200 particuliere woningeigenaren in de wijk zijn nu verenigd in gelijksoortige buurtinitiatieven en denken op een vergelijkbare manier mee over de toekomstige warmtevoorziening in hun huizen.
'Als je met de mensen praatte, was er enerzijds bezorgdheid over de betaalbaarheid van hun woning, maar er was ook genoeg steun van bewoners die het een goed idee vonden. Die wilden wel verduurzamen en waren vooral nieuwsgierig naar hoe de gemeente hen daarbij zou kunnen helpen', vertelt Hengelaar. 'Vanuit het transitiedenken zag ik hier een kans. Transities bestaan namelijk ook uit het wegnemen van belemmeringen. Dit is er zo eentje: hoe krijg je particuliere woningeigenaren enthousiast en op één lijn voor de transitie naar aardgasvrij wonen?’
Fijnmazige sociale infrastructuur
'Twee punten waren daarbij belangrijk', zegt Hengelaar. 'Ten eerste: iedereen erbij krijgen. Daarvoor hebben we een fijnmazige sociale infrastructuur opgebouwd in de buurt. Elk blokje woningen heeft een contactpersoon. Die contactpersonen nodigen de buren in hun blok uit bij hen thuis om het over de plannen te hebben. Zeventig tot tachtig procent komt dan. Een uitnodiging van je buren is een veel sterkere trigger dan wanneer de gemeente je vraagt om naar een zaaltje te komen. Het tweede belangrijke punt: niet beginnen bij techniek, maar bij wat bewoners bezighoudt, om van daaruit de gemeente duidelijk te kunnen vertellen wat de buurt nodig heeft.'
Manifest en voorwaarden
Met een kerngroep van betrokken buren heeft Hengelaar een buurtmanifest geschreven. Daarin staan onder andere de voorwaarden die de buurt stelt aan een toekomstige duurzame warmteoplossing. 'Niet duurder dan nu' is een belangrijke voorwaarde. Daarnaast staan er in het manifest voorwaarden op het gebied van wooncomfort, technische betrouwbaarheid, financieringsmogelijkheden, flexibiliteit en blijvende invloed. 'Het manifest hebben we huis-aan-huis verspreid in de buurt en we zijn het op huiskamerbijeenkomsten gaan bespreken', vertelt Hengelaar. 'De buurt heeft er vervolgens ook over gestemd.'
Het manifest geeft rust, duidelijkheid en is een blijvend ijkpunt in het transitieproces, aldus Hengelaar. 'Daardoor konden we om commitment vragen', zegt hij. 'De crux in een proces als dit is dat je zorgt dat de buurt bij elkaar komt en dat je collectieve besluitvorming krijgt. Van de techniek of de financiën hoef je niet per se verstand te hebben. Ik denk dat er in Nederland heel veel buurten zijn waar mensen wonen die een beetje kunnen organiseren en die het leuk vinden om verbinder te zijn. Met de juiste ondersteuning kunnen zij een cruciale rol vervullen.'
Samenwerking met gemeente
Hengelaar: 'Aan het begin was het zoeken in de samenwerking met de gemeente. Soms gebeurde het dat zowel de gemeente als wij met de buurt communiceerden over het project, zonder dat heel duidelijk was hoe zich dat met elkaar verhield. Toen we het commitment van de buurt hadden, hebben we de gemeente een brief gestuurd, met als strekking: er gebeurt hier iets bijzonders, gaan jullie ons helpen?' Vanuit de 'right-to-challenge'-gedachte heeft het buurtinitiatief ook voorgesteld het transitieproces in de buurt over te nemen van de gemeente. Die wilde dat in eerste instantie niet, maar later is het vertrouwen gegroeid en nu is er echte samenwerking, aldus Hengelaar.
'Wij hebben een sterker mandaat in dit stukje Utrecht dan de gemeenteraad, zeg ik weleens. Er hebben meer mensen actief ingestemd met onze aanpak dan er in de gemeenteraadsverkiezingen hebben gestemd', aldus Hengelaar. 'Bewoners hebben nu grip op dit proces. De warmtetransitie is voor veel mensen toch een soort bedreiging: iets waar je niet om gevraagd hebt en dat mogelijk schreeuwend duur voor je gaat worden. Terwijl het hier in de buurt nu is: we zijn dit met zijn allen aan het doen en er komt iets moois uit. Het klimaat vaart er wel bij, onze woningen worden er niet slechter van, eerder beter, en onze buurt is ook nog gezelliger geworden. Dat is wat je wil.'
Technische oplossingen verkennen
Nieuwe Energie Vechtzoom heeft vier verschillende technische oplossingen verkend voor warmte in de woningen in de buurt. Daaruit kwam een buurtwarmtenet als beste optie. Omdat het buurtinitiatief niet zelf eigenaar van de infrastructuur wil worden, is Hengelaar samen met andere bewoners in gesprek gegaan met energiebedrijf Eneco. 'We brainstormen nu tweewekelijks met hen, om uit te werken hoe zo'n buurtwarmtenet eruit zou kunnen zien,' vertelt hij. Tijdens die gesprekken gaat het behalve over techniek, met name over het uitwerken van de relatie tussen Eneco als mogelijke leverancier en de bewoners als klanten. 'Blijvende actieve samenwerking tussen Eneco en de buurt kan zorgen voor nieuwe oplossingen en een heel andere beleving dan bij traditionele stadsverwarming', aldus Hengelaar.
Zeggenschap houden
'Wij willen dat de leverancier in de uitvoeringsfase aanspreekbaar is op zijn prestaties en dat er consequenties zijn als daarin iets niet goed gaat. Daarnaast is vinden wij het noodzakelijk dat er op belangrijke momenten in de ontwikkeling en levensduur van het warmtenet met ons wordt gesproken. Als er betekenisvolle keuzes moeten worden gemaakt, willen wij daarop invloed hebben. Op dat soort beslismomenten willen we een breder beslisproces in de buurt organiseren', vertelt Hengelaar over de plannen. Het doel is dat bewoners blijvend zeggenschap houden over de toekomstige levering van warmte in hun woningen.
Inclusieve energietransitie
'Wat wij in deze buurt denk ik goed doen, is de achterhoede en de grote middengroep van bewoners betrekken. Dat lukt niet overal goed. Vaak worden vooral koplopers bereikt', zegt Hengelaar. 'Daarmee lopen we het risico dat we een energietransitie krijgen waar heel veel mensen bang en boos over zijn, omdat zij dingen krijgen opgedrongen die ze niet willen. Juist daarom zijn buurtinitiatieven als het onze hard nodig: om een inclusieve energietransitie op gang te brengen', aldus Hengelaar. 'Verder is het vooral ook gewoon leuk en goed voor een buurt. Bewoners leren elkaar beter kennen. Er ontstaat een nieuw sociaal weefsel, mensen zijn trots op hun buurt.'