Henk weet nog niet wat hij hierna gaat doen. Het secretariaat van het Noordzeeoverleg en zijn collega’s bij het OFL gaat Henk in ieder geval heel erg missen.
Wat waren je eerdere banen?
“Na mijn studie Economie begon ik bij het directoraat-generaal voor de Buitenlandse Economische Betrekkingen (BEB) van het ministerie van Economische Zaken. Ik werkte daar onder andere aan de relaties met Oost-Europa en aan het opzetten van wat later de Wereldhandelsorganisatie (WTO) zou worden. Dat was een ontzettend leuk en leerzaam traject. In die periode heb ik ook andere directoraten-generaal binnen de rijksoverheid leren kennen. Daarna ben ik aan de slag gegaan bij Verkeer en Waterstaat, directie Internationaal. Na een paar jaar moest ik overstappen naar een sectordirectie. Ik kreeg de keuze uit meerdere onderwerpen, maar heb uiteindelijk gekozen voor het spoor. Eerst werkte ik aan spoorgoederenvervoer. In die tijd ben ik ook begonnen aan een tweede studie, namelijk Bestuurskunde. Na die studie wilde ik graag aan de slag bij uitvoering. Zo ben ik bij ProRail terechtgekomen. Na een tijdje stond ik voor de keuze: blijf ik bij ProRail of ga ik terug naar het ministerie? Ik koos voor het laatste. Daar werkte ik aan grote stations projecten en nieuwbouwprojecten zoals de spoortunnel Delft en de Hanzelijn."
Waarom solliciteerde je bij het OFL?
"Toen ik in 2019 vanuit de directie Internationaal op zoek ging naar een nieuwe baan, kwam ik het OFL tegen. Ik kende het OFL en haar voorgangers al goed uit mijn werk. Het OFL trok me aan omdat ik op zoek was naar een plek waar samenwerking centraal staat en ik mijn kennis en ervaring zou kunnen delen. Mijn hele werkende leven heb ik geprobeerd het gesprek aan te gaan met mensen met een andere visie – ook als mijn leidinggevenden dat soms spannend vonden."
Bij welke OFL-projecten ben je betrokken geweest?
"Natuurlijk bij het Noordzeeoverleg, maar ook bij het Deltaprogramma,het Platform Spoorgoederenvervoer en Leefomgeving en bij het OFL-voorzittersoverleg."
Hoe ben je terechtgekomen bij het NZO?
"Toen ik bij het OFL begon, had ik een gesprek met een interim-secretaris en met de toenmalige voorzitter Jacques Wallage. Ik merkte dat er zowel inhoudelijk als persoonlijk een klik was. Toen ben ik aan de slag gegaan bij het Noordzeeoverleg. Dat was een flinke uitdaging, juist omdat het niet alleen over water ging, maar over een zee waar allerlei transities tegelijk plaatsvinden.
Eind 2020 werd duidelijk dat Sybilla Dekker de nieuwe voorzitter zou worden. Ik merkte meteen dat die klik er ook met haar was. Zij ging met enorm veel enthousiasme aan de slag – en dat is sindsdien alleen maar sterker geworden. Het is een machtig mooie uitdaging om samen met alle NZO leden en de collega secretarissen te werken aan de grote opgaven op de Noordzee."
Wat ga je het meest missen?
"Ik ga de mensen het meest missen – ik ben echt een mensenmens. Afscheid nemen is niet mijn sterkste kant, dus ik ga alle NZO leden en het team rondom het NZO, net zoals die bij het Platform Spoorgoederenvervoer en Leefomgeving en het OFL heel erg missen."
Waar kijk je met trots op terug?
"Naast de uitvoering van het Noordzeeakkoord kijk ik met veel trots terug op alles rondom de grote stations en de spoortunnel in Delft. Dit speelde bij de periode dat ik nog niet werkzaam was bij het OFL. De ministeries wilden de spoortunnel destijds eigenlijk niet, maar ik had het gevoel dat de Tweede Kamer het wél zou willen. Ik heb toen een klein team samengesteld dat de voorbereiding op zich nam. Uiteindelijk gaf de Tweede Kamer groen licht en zette door. We hebben er keihard aan gewerkt. Het is mooi om te zien dat de spoortunnel en het station er nu liggen."